Kim op dinsdag

Ik werkte vroeger bij een tankstation. Lekker rustig, dacht ik toen ik ging solliciteren, af en toe een beetje benzine afrekenen en verder gewoon onder werktijd studeren. In veel opzichten was dat ook zo: ik herinner me een zomer waarin de weg waaraan het tankstation lag was afgesloten – we zagen op een dag misschien vier klanten. Ik werkte er 8 uur per week, meestal op vrijdag, van 14.00u tot 22.00u. In de eerste helft van mijn dienst had ik ook nog een collega. Die stond achter de kassa terwijl ik klusjes moest doen. Die stonden allemaal op een lijst: keuken schoonmaken, winkel aanvullen, te lang liggende snacks weggooien (of opeten), dweilen. En de pompen poetsen. We hadden er negen: vier pompeilanden met aan iedere kant vier nozzles (zo heten die tank handvatten) en een klein pompje voor de brommerbenzine (dat heeft ook een naam maar die weet ik niet meer). Ik háátte het om de pompen te wassen, en ik moest het iedere vrijdag weer doen. Iedere vrijdag nam ik me voor me er die keer echt makkelijk van af te maken – gewoon een nat doekje erover en klaar ermee. Maar dat lukte niet. Het lukte gewoon echt niet. Als ik eenmaal begon dan moest het goed. Móést. Dan nam ik toch de spons en de borstel en dan waste ik tot ik gekreukte vingertoppen had en mijn werkshirt helemaal nat was en er zeep in mijn haar zat. En de pompen weer glansden.

PS: ik kan nog zo veel meer vertellen over het tankstation, bijvoorbeeld dat we ook fooi kregen (whuuuut!), dat we een tijd een grote barst in de ruit hadden en dat werkelijk IEDERE klant daar iets over zei (en dat ik iedere keer een ander verhaal verzon – soms kwamen er uzi’s in voor), dat we wel een paar keer zijn overvallen maar allemaal voor mijn tijd, dat ik er boedelbakken moest verhuren maar geen idee had hoe een aanhanger werkte, dat ik er echt heel vaak een broodje kaas uit de magnetron at, dat we vaste klanten hadden die ’s ochtends koffie kwamen drinken (but why), dat ik er weleens bedreigd ben, dat zo ontzettend veel mensen voor een tientje tanken, dat doorrijders echt niet gaaf zijn, dat we miniscooters in de etalage hadden, dat er soms een man porno kwam kopen maar niet meer durfde als ik achter de kassa stond, dat dingen afrekenen door zo’n la onder kogelwerend glas echt niet gaaf is – maar dat is voor een ander thema.

« vorige - volgende »